vraag ‘an de burgerman week 26

Column nummer 1000

’t betreft een flinke mijlpaal deze week. Alweer 1000 weken achtereen mag ik, Leo Boekestijn, m’n belevenissen als zelfbenoemd ‘burgerman’ aan het papier toevertrouwen. De één kijkt er naar uit, de ander leest er gewoon overheen als hij of zij Groot Westland leest. Gek genoeg weet wel iedereen de burgerman te vinden als ‘de nood’ daar is. In twintig jaar verandert er best veel, maar gelukkig blijft ook veel hetzelfde. Onlangs kon ik constateren dat goed georganiseerde inspraak, het onderwerp van m’n eerste column, nog steeds resultaat oplevert. Dat kost betrokkenen best veel energie, maar zorgt uiteindelijk voor betere plannen met meer draagvlak. Precies daar doen we het voor!

‘We’ zijn dan mijn politieke partij Westland Verstandig en ikzelf. Wil je als burgerman je rol zo doeltreffend mogelijk invullen is het wel zo fijn dat je ook officieel een volksvertegenwoordiger bent. In Nederland kan dat alleen als je lid bent van een politieke partij. Burgerbelang staat bij Westland Verstandig hoog aangeschreven, vandaar mijn keuze voor deze partij.

Letterlijk en figuurlijk bruggen bouwen lijkt een rode draad te zijn in de 1000  columns. Het begon ooit in de Lierse politiek met de Bleijenburgbrug, een brug die er destijds allang had moeten liggen. Vorig jaar kregen we het, nota bene in Midden-Delfland, voor elkaar dat een rondje visplas in ’t Kraaiennest mogelijk werd, door een stevige rijplaat over een sloot aan te brengen. ‘We’ is in dit geval een betrokken burger, de burgerman en een kordate ambtenaar. Reden genoeg om de verbinding te blijven zoeken met ambtenarij én politiek, want draagvlak voor welk idee dan ook blijft een belangrijke zaak. Tot slot, dank voor de vele vragen ‘an de burgerman. We staan wel even stil bij 1000, maar pakken daarna de draad gewoon weer op!

vraag ‘an de burgerman week 25

Kom nu ook eens met een oplossing ..

Ondergronds parkeren, daar eindigde de vorige column mee. Een geweldige oplossing voor het ruimteprobleem in onze dorpen, dat zeker. Ondergronds wonen vinden we niks en ‘al dat blik’ uit beeld, daar worden steeds meer mensen blij van. Feit is wel dat een deel van de Westlandse bevolking het helemaal niks vindt, dat ondergronds parkeren. Ze rijden liever een rondje over de parkeerplaats op zoek naar dat ene lege plekje. Hooguit bij een stortbui zie je ze ‘ondergronds’ gaan. In ’t centrum van De Lier, met z’n grote parkeerplaats geeft dat nóg niet, maar het blijft een raar gezicht: Zelfs op drukke dagen, zo goed als lege parkeergarage’s.

Als dan gebruik maken van de garage ook nog eens ontmoedigd wordt door het plaatsen van een hek met slagboom en voor de lift ook de parkeerbon nodig is, weet je zeker dat het leeg blijft. Maar goed, vooralsnog alhier een ‘luxe probleem’.

Naar aanleiding van de parkeerproblematiek in woonwijken kwam er deze week nog een reactie. ‘Boekestijn, ik heb een mooie oplossing, maar de gemeente wil ’t niet’. Tsja, dan ga je natuurlijk even kijken. Het was op zich best een creatieve oplossing, die de buurt zomaar vijf extra parkeerplekken op zou leveren, maar inderdaad, de gemeente wil er niet aan. Volgens de berekeningen is er geen parkeerprobleem, we willen niet dat u in uw tuin parkeert en de weg waarop u een uitrit wilt, is echt te druk. De boel even aanschouwd hebbende kom je tot een andere conclusie: waar een wil is, is een weg. ’t Gevoel is echter dat ’t hier trekken aan een dood paard is. Over paarden binnenkort trouwens meer …

vraag ‘an de burgerman week 24

Parkeerbeleid

Nog een paar columns en we tikken nummertje 1000 aan. Mooi moment om nu al terug te kijken waar al die columns nu over gingen. Een flink aantal keer was het onderwerp ‘parkeren’. Te weinig plek, bedrijfsbusjes, aanhangwagentjes, caravans of gezinnen met maar liefst 5 (vijf) auto’s, alles kwam zo’n beetje langs. Eén van de meest fascinerende reacties kwam er vanuit de Lierse Eikenhof, een wijkje met een serieus parkeertekort. De parkeernorm voor die jaren zeventig wijk zal rond de 1,3 per huis geweest zijn, maar kwam je na vijven thuis, was er al geen plekje meer te vinden. Een buurtbewoner stelde toen voor dat hij die 0,3 graag terug zou willen geven als hij dan wel de garantie kreeg dat zijn 1,0 plek voor hem ten alle tijden beschikbaar zou zijn. Dat klinkt gevoelsmatig heel redelijk en sympathiek, maar verstandelijk gezien gaat het helaas niet werken. Zie het belanghebbenden parkeren in Ter Heijde zou ik haast zeggen. Sowieso komt er praktisch gezien geen parkeerruimte bij, hooguit moet een ander nu verder lopen om z’n auto kwijt te raken.

‘Ga toch fietsen Boekestijn’, in ’t Westlands betekent dat ‘wat lul je nou’, ik raak m’n auto altijd wel ergens kwijt. Uhh, ik ook, maar wordt dan niet boos als er een bon achter je ruitenwisser zit. Beter is dat advies letterlijk te nemen en inderdaad vaker de fiets te pakken. Dat geeft letterlijk en figuurlijk meer lucht. Als gemeente moet je dan wel zorgen voor betere fietsverbindingen en -voorzieningen, zoals genoeg fietsenstalling op de juiste plek. Wil je extra parkeerplaatsen in bestaande woonwijken, dan is opofferen van ‘groen’ de enige manier om dat te realiseren. Mijn politieke partij Westland Verstandig is daar bepaald geen voorstander van. Dan maar ondergronds lijkt een beter idee, zeker voor de dorpscentra. Daarover volgende week meer ..

vraag ‘an de burgerman week 23

fijn, die nieuwe woonwijken …

ja mensen, wen er maar aan, er komen nog heel wat Westlanders bij komende jaren. Met dat gegeven kan je alle kanten op; het betekent dat we een groeigemeente zijn. Veel mensen worden daar blij van, maar het betekent ook dat glas moet wijken voor steen. Daarmee verzwak je de identiteit van onze gemeente, die niet voor niets de Glazen Stad als bijnaam heeft. Voor die duizenden extra inwoners stampen we al die nieuwbouwwijken uit de grond. Grote kans dat ook jouw huis ooit onderdeel van een nieuwbouwwijk was. Grote kans ook dat er in die tijd nog voor een goede ontsluiting van de wijk gezorgd werd. Dat is waar het in deze tijd een beetje misgaat. De ene nieuwbouwwijk wordt gewoon tegen de andere ‘aangeplakt’ en ja, dan voldoet de eerdere ontsluiting niet meer.
Zo’n 20 jaar terug, toen we in De Lier 40 huizen per jaar mochten bouwen, gingen we met de toenmalige gemeenteraad van ons dorp op werkbezoek naar Almere, alwaar 4000 huizen per jaar gebouwd werden. ‘t Meest opvallende voor ons was wel dat vanaf de dag dat de eerste bewoners er kwamen wonen de voorzieningen op orde waren. Naast een fatsoenlijke ontsluiting voor auto, fiets én benenwagen was ook de school en de winkel al present. Kom daar in Westland maar eens om! De situatie in Westland is dramatisch anders. Westlandse zoom bij Monster, Molensloot in De Lier, ooit wellicht mooie plannen, maar inmiddels is er zoveel geknipt en geplakt dat er van de oorspronkelijke plannen nog maar weinig over is. Meer huizen, zelfde ontsluiting, of zelfs na vijf jaar nog steeds een tijdelijke ontsluiting.

Ooit was regeren vooruit zien, terugkijkend is dat nog helemaal niet zo’n slecht idee.