even geen coalitie of oppositie, politiek of bezuiniging. Een Lierenaar is dood. Pastoor Ruud Kuypers van de katholieke kerk in De Lier. Als van huis uit gereformeerde zeg ik Pastoor Ruud Kuypers van de gelovigen in De Lier. Als inmiddels niet gelovige zeg ik Pastoor Kuypers van alle Lierenaars. Een man die kon 'binden' als geen ander.
Alphons de Wit sprak er op WOS radio de volgende woorden over…..
In Memoriam
De Lier is de komende tijd in diepe rouw gedompeld. Door een blunder op de afdeling personeel en organisatie in de hemel is Ruud Kuypers, de intens geliefde pastoor van het Bukkersgat gisteren op 80-jarige leeftijd teruggeroepen naar de hoofdvestiging, ergens in het Hiernamaals.
Op 9 januari 1975 werd Kuypers geïnstalleerd als pastoor van de kerk van de Martelaren van Gorkum en hij maakte van meet af aan veel indruk met de manier waarop hij in zijn predicaties de Schrift wist te vertalen naar het leven van alledag en daarmee gaf hij richting aan het leven van veel van zijn parochianen. Kuypers zette zich in voor de oecumene en droeg op die manier een kruiwagen stenen bij aan de bijzondere sfeer binnen De Lier. Hij was een pastoor van allen, van katholiek, hervormd, gereformeerd en van mensen zonder religie.
Van de jeugd bijvoorbeeld. Ik herinner me dat ik, toen we in 1976 in De Lier kwamen wonen, een aantal malen de zaterdagavondviering meemaakte. Een viering waarin de kerk uitpuilde met jongeren die zich gedurende de viering nadrukkelijk lieten horen. Toen ik daarover tegenover hem een opmerking maakte zei hij: â€De zaterdagavond is voor de jeugd en die hoor ik liever dan dat ik ze niet zie. Als jij daar niet tegen kan dan moet je op zondag komen.†De jeugd ook die in de Nieuwjaarsochtend steevast een bezoek bracht aan hun pastoor. Als de laatste donderslagen afgestoken waren trokken de jongens en meiden massaal naar de Kerklaan waar de deur wagenwijd openstond om hun pastoor een zalig Nieuwjaar te wensen. Toen in korte tijd twee heel jonge parochianen in het verkeer waren omgekomen, gelastte hij de jeugd te blijven zitten en stapte hij, na afloop van de viering van het altaar. Halverwege de kerk vertelde hij onomwonden wat hij van het, in zijn ogen onverantwoorde, gedrag van de jeugd vond. Beschaamd dropen de tieners af.
Ruud Kuypers stond veraf van het instituut Kerk met zijn beklemmende wetten en wetjes en hij durfde daar open en onomwonden stelling tegen te nemen. Toen hij in een van zijn preken ten strijde trok tegen de uitspraken van de toenmalige bisschop van Roermond, Gijssen, ontving hij een anonieme brief. In de volgende eucharistieviering vroeg hij de anonieme schrijver, zo hij of zij onder zijn gehoor zat, de brief over te schrijven omdat hij de gewoonte had anonieme brieven linea recta in de prullenbak te gooien omdat hij zich daar toch niet tegen kon verdedigen.
Kuypers was een geweldig toneelspeler een gave die hij met regelmaat gebruikte tijdens zijn preken. Ronduit indrukwekkend was de manier waarop hij het lijdensverhaal op Goede Vrijdag uitbeeldde.
Een jaar geleden werd bij Ruud Kuypers kanker geconstateerd. Voordat hij voor de eerste keer naar het ziekenhuis ging beloofde hij zijn parochianen dat hij gezond en wel terug zou keren. Het leek erop dat dat hem ook gegeven zou zijn want op 9 maart vierde hij zijn 80ste verjaardag en ’s avonds ging hij voor in de Aswoensdagviering in zijn kerk. De laatste hersteloperatie mocht hij helaas niet overleven. Op vrijdagmiddag om tien minuten voor half vier werd hij teruggeroepen naar de hoofdvestiging, zijn parochianen in verdriet achterlatend.